-
1 bleed
v. bloeden, bloed verliezen; laten bloeden; geld afpersen4 uitgezogen worden ⇒ bloeden, afgezet worden♦voorbeelden:1 my heart bleeds • 〈 figuurlijk〉 ik ben erg verdrietig; 〈 ironisch〉oh jee, wat heb ik een medelijdenhe was bleeding at the nose • hij had een bloedneusbleed to death • doodbloedenII 〈 overgankelijk werkwoord〉1 doen bloeden ⇒ bloed afnemen van, aderlaten2 uitzuigen ⇒ laten bloeden/boeten♦voorbeelden: -
2 spout
n. spuit,pijp, tuig, (dak)goot; dampstraal (v. walvis); straal (v. bloed)--------v. spuiten, gutsen; declameren; uitvoerig spreken, oreren, spuiten, opspuitenspout1[ spaut] 〈 zelfstandig naamwoord〉2 tuit♦voorbeelden:¶ up the spout • naar de knoppen, verknald 〈 bijvoorbeeld geld, leven〉; totaal verkeerd 〈 bijvoorbeeld cijfers〉; hopeloos in de knoei, reddeloos verloren 〈 van persoon〉; 〈 slang〉 zwanger————————spout2〈 werkwoord〉♦voorbeelden:she was always spouting German verses • ze liep altijd Duitse verzen te galmen -
3 settle
n. een bank met hoge leuning--------v. regelen; bijleggen; regeling treffen; bevolken; vaststellen; betalen; vestigen, koloniseren; wonen; (be)landensettle1[ setl] 〈 zelfstandig naamwoord〉————————settle21 gaan zitten ⇒ zich neerzetten, neerstrijken♦voorbeelden:darkness settled on the town • duisternis daalde neer op de stadsettle back in a chair • gemakkelijk gaan zitten in een stoelwe haven't yet settled in • we zijn nog niet op ordesettle for something • genoegen nemen met ietssettle into new surroundings • wennen aan een nieuwe omgevingsettle (down) to something • zich ergens op concentreren, zich ergens toe zetten→ settle down settle down/♦voorbeelden:settle with someone • rekening/schulden betalen aan iemand→ settle down settle down/2 vestigen 〈 in woonplaats, maatschappij〉 ⇒ 〈 bij uitbreiding〉 aan een goede baan helpen, aan de man/vrouw brengen7 schikken ⇒ bijleggen, tot een schikking komen8 〈 informeel〉 afrekenen met 〈 alleen figuurlijk〉 ⇒ tot zwijgen brengen, doen ophouden; betaald zetten♦voorbeelden:4 she settled her mother among the pillows • zij legde haar moeder comfortabel neer tussen de kussensshe settled herself in the chair • zij nestelde zich in haar stoel6 that settles it! • dat doet de deur dicht!settle into • zich thuis doen voelen insettle on • vastzetten op
Перевод: с английского на все языки
со всех языков на английский- Со всех языков на:
- Английский
- С английского на:
- Нидерландский